Ook al is het niet de grootste gemeente binnen de ZorgRegio, toch timmert Lochem stevig aan de weg met mooie welzijnsinnovaties. Wethouder Henk van Zeijts waakt hier over de portefeuille zorg en welzijn. Waar focust hij op?
Voordat je wethouder werd, was je projectleider bij het Planbureau voor de Leefomgeving. Wat neem je vanuit die ‘bèta-achtergrond’ mee als het gaat om zorg en welzijn?
“Mijn portefeuille zorg en welzijn is natuurlijk van een totaal andere orde dan mijn andere portefeuilles: cultuur, energietransitie, biodiversiteit en afval & grondstoffen. Maar ik vind dit domein heel interessant omdat je écht dicht bij kwetsbare inwoners staat. Tegelijk is het ook boeiend om met de ogen van een bèta naar het sociaal domein te kijken. Ik zie heel veel passie om goede hulp te verlenen. Tegelijk merk ik dat je scherp moet blijven op wat er goed gaat en wat minder goed werkt – en dat je daarin rationele keuzes moet maken.”
Wat was de eerste uitdaging waar je als ‘zorgwethouder’ voor stond?
“Sinds 2019 hebben we in Lochem één integrale toegang, ‘t Baken. We werken hier volgens het principe één gezin, één plan, één regisseur. Alles zit – letterlijk – onder één dak. Als er een jeugdzorgvraag binnenkomt, kunnen we die heel snel oppakken. Maar het opstarten van die integrale toegang heeft nogal wat voeten in de aarde gehad. Het inrichten van de organisatie is één ding, maar het kost echt veel tijd en energie om een cultuur van integraal werken te ontwikkelen.”
Lochem is een van de acht gemeenten van de ZorgRegio. Wat levert deze samenwerking jullie op?
“Voor ons – als kleinere gemeente – is hét voordeel van de ZorgRegio dat er heel veel geregeld wordt. Door onze deelname kunnen inwoners bijvoorbeeld uit een heel breed spectrum aan aanbieders kiezen. Bovendien wordt de kwaliteit gecontroleerd en is alles goed geregeld. Maar we doen niet alleen mee omdat het goed is voor óns, we zien de regio ook echt als een samenwerking. Je kunt in elkaars keuken kijken, nieuwe ideeën oppikken en van elkaar leren.”
Binnen de gemeente Lochem lopen verschillende pilots van de ZorgRegio, waaronder ErWelZijn en #opladers. Wat spreekt je daarin aan?
“Voor ons is een van dé grote vragen: hoe kunnen we effectiever preventief werken, zodat er minder een beroep gedaan wordt op de (jeugd)zorg? Binnen de pilot ErWelZijn is hiervoor een innovatieve methode ontwikkeld. Door het signaleren van life events – zoals een scheiding of ontslag – kun je gezinnen in een veel vroeger stadium helpen zodat je grotere problemen voorkomt. Het helpt om dit soort nieuwe denkmethodes te hebben. En de pilot #opladers laat zien hoe ouders zélf in actie kunnen komen om elkaar laagdrempelig te helpen met opvoedvraagstukken. Ik vind het heel belangrijk dat het weer normaal wordt om met elkaar te praten over vragen en twijfels in de opvoeding.”
Veel hulpverleners lopen tegen de schotten van financiering en regelgeving aan. Hoe gaan jullie daarmee om?
“Als je – zoals wij proberen – integraal wilt werken, staan die schotten inderdaad vaak in de weg. In de praktijk moedig ik onze consulenten aan om vooral te doen wat nodig is voor hun cliënten, ook als ze daarvoor de randjes moeten opzoeken. Ik ben er ook sterk voorstander van dat we niet als wethouders of als hogere overheid bepalen hoe het moet. Laat de mensen op de werkvloer hun werk doen en laat hén aangeven wat niet goed werkt. Dan kunnen wij daar als bestuurders op inspelen met nieuw beleid – en niet andersom. Ik geloof echt in de ervaring van onderop.”